Over een paar dagen heb ik een afspraak staan bij Jökulsárlón. Weliswaar geen bevestigde afspraak, maar voldoende reden om langs de zuidkust, IJsland verder in te rijden. Langs de zuidkust is genoeg te zien en te doen, maar we gaan voor kwaliteit, en niet voor kwantiteit.
De parkeerplaats bij Skogar is goed gevuld, maar we vinden nog een plekje. We bereiden ons voor op een stevige wandeling. De weersvoorspellingen zijn niet super, dus regen- en warme kleding moet mee, net zoals voldoende calorieën en water.
De generatiekloof
We lopen in de richting van de Skogafoss, de waterval die het plaatsje Skogar beroemd heeft gemaakt. Nog voordat we halverwege de weg naar de waterval hebben afgelegd nemen we toch maar de afslag naar de trap die naar boven toe leidt. Beneden is het wat mij betreft te druk, al zou je je hier best lang kunnen vermaken met het kijken naar de mensen. Vooral het poseren voor “de” foto neemt tegenwoordig absurde vormen van kopieergedrag aan. Er zijn een klein aantal poses met slechts kleine variaties, maar op veel verschillende plekken zie je dezelfde poses. Ook de knuffels, Playmobilpoppetjes of andere snuisterijen krijgen op de foto’s tegenwoordig een prominente plek. Ach, het zal de generatiekloof wel zijn, want ik begrijp het allemaal niet meer zo goed.
Wij beginnen aan de ruim 400 treden naar boven waar je kunt kiezen tussen een uitzicht platform, of een wandeling stroomopwaarts langs de rivier. Terwijl ik steeds meer traptreden achter mij laat denk ik terug aan mijn eerste wandeling naar boven. Een trap was er toen niet. Er was iets wat het meeste weg had van een schapenpaadje, wat je ook wel een kuitenbijtertje kon noemen. Wat moest ik vaak even wachten om mijn kuiten niet in vuur en vlam te zetten. En wat was het leuk om eenmaal boven te weten dat je de prestatie niet voor niets had geleverd.
IJsland in al zijn pracht
Als we boven aankomen draaien we nog voor het uitkijkplatform het pad dat parallel met de rivier loopt in. We hoeven niet eens heel ver te lopen om het gevoel van “vroeger” weer terug te krijgen. De mensenmassa blijft achter. Slechts een handjevol mensen, waarvan je aan de rugzakken of het ontbreken daarvan kunt zien dat ze niet ver zullen wandelen begeleid ons nog in de eerste 500 meter, daarna wordt het stiller en stiller. Het IJsland gevoel komt terug.
Nog even kijken we om naar de mensenmassa, druk bezig met de poses waaruit thuis zal moeten blijken hoeveel plezier ze hebben gehad. Het toppunt van plezier is volgens mij nog steeds de “kijk ik hang in de lucht” pose. Die gaat meestal niet in een keer goed, en moet verschillende keren over. Zo zie je maar weer, je hoeft niet ver te wandelen op IJsland om je conditie te verbeteren. Poseren is ook topsport. Ik kijk nog een keer om, en zie dan nog een nieuwe pose. Een jongen die de handstand kent wordt op de camera voor de eeuwigheid vastgelegd.
Een canyon vol schoonheid
Wij lopen nog een stukje verder, en de geluiden achter ons verstommen, en de mensen die we nog zien zijn enkel mensen in de verte. We zijn (bijna) alleen met de vele fotogenieke plaatjes die de rivier Skoga te bieden heeft.
Weg van de massa beginnen mijn zintuigen weer volop te reageren op de omgeving. Ik ruik de herfst, proef de nevel, opgestuwd door de woeste watervallen in de rivier Skoga, zie het natuurgeweld van het wassende water, herontdek de schoonheid in de diepe kleuren van het najaar.
We lopen verder en verder langs de rivier waar het water dan weer diep in een kloof onder ons weg stroomt, en waar we even later weer oog in oog mee komen te staan. Net als we gewend zijn dat de wind in de oren ruist valt de wind weg en volgt een oorverdovende stilte. Als we het te koud krijgen en met de winter accessoires onze kleding aanvullen gaat de zon weer schijnen waardoor de accessoires al snel weer in de rugzak verdwijnen. Zonder aankondiging, en zelfs zonder wolken recht boven ons staan we plotsklaps toch weer in een regenbui.
Door alle schoonheid van de kloof maken we niet echt veel kilometers. De passie van de fotograaf zorgt voor een stevige rem op de af te leggen afstand. Als de lucht dan echt dicht begint te trekken vinden we het beide tijd om terug te keren. Een flinke hagelbui bevestigd de juistheid van onze zojuist gemaakte keuze. Zo nu en dan weten enkele zonnestralen door het wolkendek te breken. Hagel en regen kunnen ons zo niet deren. Onze zintuigen weten ons ervan te overtuigen dat we druk bezig zijn te genieten.