Menu Sluiten

Alleen als het ijs en ijskoud is

21 januari

In het donker verlaten we ons huisje bij Snorrastaðir. We hebben een dag uitgetrokken om het schiereiland Snæfell te bezoeken. De zon staat nog ver onder de horizon en het zal nog zeker anderhalf tot twee uur duren voordat hij zich laat zien. Dat wil niet zeggen dat de effecten van de zon nog niet zichtbaar zijn. De hemel is donker blauw en de wolken die al iets van de eerste zonnestralen opvangen zijn diep rood. Nog voordat we bij de hoofdweg aankomen, staat de auto al langs de kant. Deze lucht vraagt er gewoon om gefotografeerd te worden.

Langzaam kleuren de wolkenluchten weer naar een zacht roze dat zijn kleur ook afgeeft aan de wit besneeuwde bergen en weilanden. We hebben al een behoorlijk stuk gereden en zijn bijna bij de plek die ik voor ogen had voor het zonsopkomst moment van de dag.

In de verte zie ik de gletsjer Snæfellsjökull al liggen. We kunnen nooit meer ver van Ytri Tunga af zijn. Nog even geef ik wat extra gas. Net te laat realiseer ik me dat we de afslag naar Ytri Tunga voorbij zijn. Ik controleer snel mijn spiegels en kan alleen tot de conclusie komen dat wij nog steeds de enige twee personen op IJsland zijn die vanmorgen vroeg zijn opgestaan. Het is dus geen probleem om het rempedaal flink, maar niet te flink in te trappen, een klein stukje achteruit te rijden om vervolgens alsnog de juiste afslag te nemen naar de kust.

Even later lopen we door de sneeuw op het strand van Ytri Tunga. Terwijl de zeehonden hun best doen om de vroege bezoekers te verwelkomen keuren wij ze geen blik waardig. De zonsopkomst met bijbehorende roze luchten die afsteken tegen sneeuwwitte bergen hebben prioriteit.

Ruim een half uur doet de lucht zo goed mogelijk zijn best om mooi te zijn. Op mijn beurt doe ik weer mijn
best die lucht zo mooi mogelijk te fotograferen terwijl ik mezelf gelukkig prijs hier getuige van te mogen zijn.

Met moeite weten we ons te ontworstelen aan dit prachtige schouwspel, maar we hebben nog meer op ons wensenlijstje van deze dag staan.

Even voor Arnarstapi gaat de auto nog eens aan de kant. Spierwitte sneeuw met daar tussen pekzwart lavagesteente leveren genoeg materiaal op voor een hele dag fotografie. Ik prop die hele dag in 10 minuten tot een kwartier zodat we weer verder kunnen naar Arnarstapi.

Ik ben blij met de spikes die we onder onze schoenen hebben bevestigd. Zonder deze dingen zou het zelfs al onmogelijk zijn de parkeerplaats te verlaten of het pad te bewandelen zonder op zijn minst een paar keer flink onderuit te gaan. Met onze Spikes lopen we redelijk eenvoudig over het uit ijs bestaande pad naar Gatklettur. Voor mij is dit de mooiste rotsformatie aan de kust van Arnarstapi.

 

Het licht dat ik er bij had bedacht valt me een beetje tegen. De lucht is wat flets blauw tot wit en er zit weinig kleurschakering in. Het belangrijkste element van goede landschapsfotografie blijft licht, en dat moet gewoon een beetje mee zitten. We slibberen terug over de ijsbaan naar onze auto en rijden een paar kilometer door naar de rotsformatie Lóndrangar.

Bij Lóndrangar proberen we hangend tegen de wind zoveel mogelijk mee te krijgen van de enorme golven die kapotslaan op de grillige rotskust. De snoeiharde wind raast tegen de golven in. Hierdoor ontstaan boven de golven lange witte slierten die als een strak gestileerd kapsel naar achteren wijzen.

Als we het zoeken naar evenwicht en het ruisen in de oren van de harde wind beu zijn gaan we terug naar de auto en zetten we koers naar Grundarfjörður waar de markante berg Kirkjufell te vinden is. Jaren geleden ontdekte ik deze berg op een ansichtkaart in Egilsstaðir helemaal in het oosten van IJsland. Ik was enorm onder de indruk van de vorm van de berg en het standpunt van de fotograaf.

In 2012 stond die zelfde berg wereldwijd in de National Geographic, en groeide daarmee uit tot een IJslands Icoon. Je bent niet in IJsland geweest als je geen foto hebt gemaakt van Kirkjufell met de bijbehorende waterval.

Ik ben erg benieuwd naar de winterse aanblik van de berg. Het is altijd maar afwachten wat sneeuw en ijs met het landschap hebben gedaan. In januari naar IJsland gaan heeft zo zijn voordelen. Bij de berg is slechts een handjevol bezoekers aanwezig. We hebben dat wel eens anders meegemaakt. Niet lang nadat wij zijn aangekomen vertrekken de meeste bezoekers. Een paar achterblijvers warmen zich even op in hun auto, en zo heb ik bijna een half uur lang de berg met bijbehorende waterval voor mezelf. Door de winterse omstandigheden zie ik verschillende mogelijkheden om de berg net iets anders in beeld te brengen dan normaal mogelijk is. Te zien aan de sporen in de sneeuw, of beter gezegd het ontbreken daarvan zijn er nog niet veel mensen geweest die zich hebben gewaagd aan “mijn” standpunt. Vanachter IJspegels heb ik nog net zicht op de berg, de waterval en de rivier. Het is zo’n moment dat je weet dat je een foto kunt maken die boven de massa uitsteekt. Een bijzonder standpunt met een niet alledaags decor, het zijn de ingrediënten voor een verrassende landschapsfoto.

Ik zit al een tijdje te genieten op mijn favoriete stekje als beneden op de parkeerplaats een touringbus met een grote groep bezoekers stopt. Omdat mensen nogal eens kuddegedrag vertonen en ik niet verantwoordelijk wil zijn voor “stunts” die anderen uithalen kom ik achter de ijspegels vandaan en wandel op mijn gemak terug naar onze auto. Ik wil niet riskeren dat ik op deze plek wordt gezien door de nieuwe bezoekers die –meestal slecht voorbereid- ook gaan proberen achter de ijspegels te komen.

In Grundarfjörður warmen we even op bij een kop koffie, en nemen we de tijd voor een bezoek aan een supermarkt. Ook dit keer is de kans klein dat we ons onderkomen nog bij daglicht zullen betreden.

6 reacties

  1. Marc Maryns

    Hallo Gerry,
    Met heel veel aandacht heb ik uw verslag gelezen en zal het nog herlezen.Een paar jaren geleden heb ik Noord-IJsland bereisd, meer bepaald de streek van Akureiry, Modradalur en Mivatn. Heel mooi en soms moeilijk onder woorden te brengen hoe prachtig de natuur er is maar ook hoe hard de natuur kan zijn, bijvoorbeeld als je nog meer dan 100km moet rijden alvorens terug in je hotel aan te komen na een bezoek aan Vik.
    Dank voor de mooie beschrijvingen die je geeft van hoe je zo’n fotoreis ervaart. Je laat ons, uw lezers meegenieten en we staan als het ware naast u om een mooie foto te maken of we stappen naast u – al dan niet met spikes aan – op spiegelglad ijs.
    Ik hoop ooit aan één van uw fotoreizen te kunnen deelnemen maar ….ik heb 2 zo’n lieve kleinkinderen en daar kan ik moeilijk van scheiden.
    Veel succes met alles wat je nog onderneemt.
    Marc Maryns, bezitter van uw boek “Ode aan IJsland”.

Laat een antwoord achter aan lita paauwe Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *